Matiging instroom buitenlandse studenten aan Nederlandse Universiteiten en Hoge scholen

• In het studiejaar 2022/’23 studeerden er 122.287 internationale diplomastudenten aan hogescholen en universiteiten in Nederland. Dit was 15 procent van de totale studentenpopulatie. Van alle studenten op universiteiten was 25,1 procent internationaal. Van alle internationale studenten was 72,3 procent afkomstig uit de EER en 27,7 procent van buiten de EER. Van alle eerstejaars (bachelor) studenten in 2022/’23 was 20 procent internationaal. Bij de Europese Economische Ruimte (EER) horen alle EU-landen plus Liechtenstein, Noorwegen en IJsland.
• In het studiejaar 2021/’22 kwamen 115 duizend studenten uit het buitenland. Ruim 42 duizend van hen studeerden voor het eerst in Nederland, dat is 1 op de 4 eerstejaarsstudenten. Op de universiteiten komt zelfs 40 procent van de eerstejaars niet uit Nederland.
• De daarbij zich voortdoende problematiek:
  • Overvolle collegezalen
  • Grote huisvestingsproblemen
  • Veel studenten vertrekken weer met de hier opgedane kennis
  • Hoge kosten voor de overheid (studiebeurzen etc.)

Als ik minister was, dan zou ik willen bevorderen, deze te grote toestroom te ontmoedigen door het nemen van de volgend maatregelen:

• Alle buitenlandse studenten dienen bij het aangaan van hun studie de verplichting op zich te nemen, naast hun gekozen studie, ook de Nederlandse taal leren en bij hun eindexamen van de eigen gekozen studie daarvoor verplicht een ruime voldoende (7) dienen te halen,
• In overleg met de Universiteiten en Hoge Scholen het aantal colleges dat in het Engels wordt gegeven met ca. 20% terug te brengen.
• De Nederlandse Ambassades en Consulaten de waarschuwingen laten uitgaan voor
  • Hoge huisvestingskosten
  • Zeer moeilijk verkrijgbare woonruimte
  • De verplichting om ook de Nederlandse taal te leren
• Het aantal studenten van buiten de EER te limiteren tot aanvaarbare aantallen